Carnaval in de Dominicaanse Republiek

De Dominicaanse Republiek is niet alleen het land met zon, zee en prachtige stranden, subtropische temperaturen en merengue en bachata muziek. De Dominicaanse Republiek heeft meer te bieden. Naast het prachtige en zeer variërende landschap heeft het land ook verschillende indrukwekkende feesten die ieder jaar gevierd worden.

Hispaniola

De Dominicaanse Republiek is samen met Haïti gelegen op het eiland Hispaniola in de Caribische Zee. De Dominicaanse Republiek is gelegen in het midden en oosten van het eiland en omvat ongeveer twee derde van het eiland. De hoofdstad is Santo Domingo en naast het eiland Hispaniola omvat het land ook nog drie andere eilanden van een redelijk formaat. Het beste reisadvies voor de Dominicaanse Republiek is van december tot april. In de maanden juni tot en met november is het orkaanseizoen met de meeste kans op orkanen in de maand september.

Naast het genieten van de zon, zee en prachtige stranden op het eiland heeft het land veel meer te bieden. De Dominicaanse Republiek excursies zijn zeer divers. Het eilanden heeft vele bergketens waaronder de Cordillera Central met de hoogste berg van het Caribisch gebied (3175m). Verder zijn er op het eiland diverse watervallen en nationale parken te vinden. Ook zijn er veel meren te vinden waaronder Lago Enriquillo, het grootste meer van het eiland en tevens ook het grootste meer van het Caribisch gebied.

Carnaval in februari en in augustus

De Dominicaanse Republiek staat ook bekend om haar carnaval. Dit feest wordt twee keer per jaar gevierd nahetmelijk in februari en in augustus. Echter wordt carnaval in augustus iets minder uitbundig gevierd als in februari. In 1510 werd het eerste carnaval in de Dominicaanse Republiek gevierd, in La Vega, vandaar de naam “Carnaval Vegano”. Het feest werd georganiseerd door Christelijke die het “wilde” uit hun slaven wilde halen. Omdat ze zelf ook wilde genieten van het feest voegde zij hun eigen invloeden toe aan het carnaval. De Haïtiaanse bezetting heeft ervoor gezorgd dat in de periode tussen 1822 en 1844 de kostuums verdwenen uit het straatbeeld.

Op 27 februari 1844 werd de Dominciaanse Republiek onafhankelijk. Sindsdien is carnaval bekend om haar kleurrijkheid en de maskers die mensen dragen. De maskers worden gemaakt door “carreteros” en zijn gemaakt van veren, jute en voornamelijk papier maché. In de maand februari vindt er iedere zondag een optocht plaats in steeds een andere stad. De grote nationale optocht vindt plaats op de laatste zondag van februari in Santo Domingo, ter ere van de onafhankelijkheid van het land. Tijdens deze optochten zijn alle “comparsas” (carnavalsverenigingen) gekleed in kostuums die typisch zijn voor hun regio. Ieder jaar komen meer dan 100.000 mensen uit binnen-, en buitenland af op de nationale optocht van Santo Domingo. Sinds het Dominicaanse carnaval zich heeft uitgebreid over het hele eiland wordt dit feest het ‘Carnaval Dominicano’ genoemd.